vrijdag 20 november 2015

Venetiaanse ruimteschepen in de woestijn

Binnenkort start DE Vlaamse spellenbeurs (toepasselijk genoeg hebben ze die beurs ‘Spel’ genoemd…kwestie dat u zeker weet waar u aan toe bent). Of het slim is om in het licht van de recente gebeurtenissen met vele mensen samen te hokken in een kleine ruimte in Antwerpen , is maar de vraag natuurlijk. Ook het feit dat men daar continue binnen- en buitenloopt met volle rugzakken geeft een beetje een onbehaaglijk gevoel. Maar thuisblijven is tijdens Spel geen optie voor een spelfanaat als mezelf…dus ik ga gewoon gezellig rondneuzen tussen alle oude en nieuwe titels. Ter voorbereiding hebben we de laatste tijd weer eens wat vaker een spel op tafel gezet. 

Venezia 2099 mocht de spits afbijten. Dit spel hebben we vorig jaar gekocht na een proefpotje tijdens Spel 2014. Het speelt met zijn tweetjes een beetje als een rustig kabbelend beekje, de eindscore was ook niet overweldigend (40-41 voor de wederhelft). De bedoeling is tijdig de zinkende gedeeltes van Venetië te verlaten met je speelfiguren, wat met zijn tweetjes niet zo spannend is. Immers iedere tegel die ik niet heb, heeft natuurlijk mijn tegenspeler. Ik geloof dat het een stuk leuker zal zijn met meerdere spelers dus voorlopig mag het in de spellenkast blijven. Bij deze bent u dan ook uitgenodigd om in de huid van de 3de of 4de speler te komen kruipen.



De wederhelft wilde al heel lang een keer Targui op tafel leggen. Dit spel ligt al een tijdje stof te happen op de bovenste plank maar wegdoen is moeilijk. We hebben het vroeger vaak gespeeld (de doos inmiddels meer dan 25 jaar oud) en  het is ook nog eens een limited edition. Dit is een landje-verover-spel waarbij iedere speler vanuit een hoek van het speelbord via zijn kamelen gebieden veroverd met een economische of tactische waarde. Het ene geeft je geld (en dus punten), het andere geeft je een sterker leger. De sneaky twist in dit spel zit hem in de beurtvolgorde. Een dobbelsteenworp bepaalt hoe vaak iedereen tijdens de beurt mag spelen. Bijvoorbeeld bij een worp van 4, krijgt iedere speler 4 speelbeurten in de huidige ronde. Maar –en nu komt de twist- niet netjes na elkaar, nee nee iedereen geeft 4 beurtkaartjes in zijn speelkleur af en die worden willekeurig opengedraaid. Het kan dus dat je 3x na elkaar mag spelen en dan pas je tegenstander, of misschien mag je tegenstander eerst een keer en moet hij daarna 4 beurten op jou wachten. Dat zorgt ervoor dat je een flexibele tactiek moet gebruiken om gebieden te kunnen veroveren. Op het juiste moment toeslaan. Met enige trots kan ik melden dat ik dit spel won met een monsterscore van 39 – 0  (en ja dat laatste is geen typfout !)



De volgende avond moest er natuurlijk wraak genomen worden en daarvoor werd het kaartspel Ruimteschepen van Catan gekozen. We vinden dit een van de leukere Catan-varianten maar toch blijven we een beetje op onze honger zitten. Zodra iemand (in dit geval ondergetekende) een voorsprong heeft, is het spel eigenlijk al klaar. Je moet spelen tot 10 punten en toen de score 7-4 was, werd het al duidelijk dat de wederhelft dit niet meer bijgetrokken kreeg. En dan duurt het lang om aan die vereiste 10 punten te komen. Als dan toch de winnaar al duidelijk is, leg ik liever een nieuw spel op tafel.



woensdag 4 november 2015

Een nieuw school

Zo…het wordt wel weer eens tijd om dit terug op te pakken. September was voor ons gezin een drukke maand waarin we moesten leren omgaan met een nieuwe agenda (dochterlief naar een nieuwe school en naar internaat, ikzelf opnieuw naar school en tussendoor een keuken verbouwen met zijn allen) Het was even zoeken om weer een structuur te vinden in wie doet wat wanneer. Ons nieuwe leven begint eindelijk wat te wennen. Al went leven zonder keuken nooit denk ik. Dit is week 10 in de verbouwingsuitdaging en we komen op een punt dat we afhaalmaaltijden moe zijn, koken in een bouwput niet meer fris vinden en allerlei onvoorziene kosten zien opduiken die het eten op restaurant niet interessant maken. Afwassen in een teiltje met water uit de waterkoker is ook alleen maar leuk voor een dag of 2. Ik weet het nu zeker….van alle toestellen in huis hou ik toch het meest van de afwasmachine. Ik kijk er enorm naar uit om eind deze maand kennis te maken met ons nieuwe model !

Het gezinslid dat het minste last heeft van onze verbouwingsperikelen is dochterlief. Zij woont tegenwoordig 5 dagen per week “op kamers”. Internaat klinkt zo streng en bestraffend en is trouwens allesbehalve dat. Ik wil ook graag duidelijk maken dat de keuze voor internaat een keuze van dochterlief is. Nog steeds zie ik mensen een beetje ongemakkelijk kijken bij het woord internaat alsof ze zich afvragen of ons kind zo moeilijk is of wat er mis is met onze thuissituatie. Niets (behalve dat we een keuken missen). Maar de school ligt op een reisafstand van anderhalf uur. Dat 2x per dag met de nodige bus-wissels (want nee rechtstreeks rijden onze Lijn-vrienden niet) klonk dochterlief met haar plannings- en oriëntatieproblemen niet aanlokkend in de oren. Iedere ochtend een rijkelijk ontbijtbuffet voor je snoet hebben staan met vaak iets extra,  is dat wel. (thuis is er enkel met Pasen chocolade aan de ontbijttafel. En koffiekoeken zijn voor vader- en moederdag.)

Wij – als ouders – zagen een berg dcd-problemen opduiken bij een internaatsleven. Boekentas klaarmaken ? Huiswerkplanning ? Structuur in persoonlijke hygiëne ? Iedere woensdagnamiddag in een grote onbekende stad rondlopen ? 4 avonden per week naar bed zonder mama-knuffel ? (ok die laatste was misschien vooral mijn probleem…)
Eind augustus heeft dochterlief een presentatie gegeven over haar dcd aan de mensen van het CLB, de adjunct-directeur en de directie van het internaat. Zij waren onder de indruk en wij waren trots. Het CLB vond dit nu eens de ideale situatie : een leerling die precies weet van zichzelf wat ze kan en niet kan en waarom niet. Dan kan je heel gericht begeleiding geven. De adjunct-directeur ging nog een stap verder en vond dat ze dit zo goed deed dat ze wel eens wat over dcd kan komen uitleggen op een pedagogische studiedag. Geen idee of dat er ooit van komt, maar het was in ieder geval een mooie pluim. We gingen daar weg met een goed gevoel, over de school en over het internaat. 

Inmiddels zijn we een maand verder en heeft haar klas en een groepje vrienden op internaat een aangepaste presentatie te zien gekregen. Onderdeel hiervan was "ervaar eens dcd" met 2 opdrachten : veters knopen met handschoenen aan en je jas aantrekken terwijl je op 1 been staat. Het veters knopen gaf een geweldig goed beeld van dcd....degene die dit probeerde riep al snel gefrustreerd : ja zeg zo zal het wel blijven zitten. (dochterlief had natuurlijk de rol van gehaaste ouder/leerkracht en stond er bij te roepen : schiet eens op, doe eens door,...) Ok dan loop maar eens een rondje nu. Je kan het al raden; in no-time zaten die veters weer los. Frustratie alom bij de chinese vrijwilliger. De opdracht met de jas werd uitgevoerd door de leraar. Hilariteit alom want het duurde niet lang of hij lag bijna languit op de vloer. Of het nu door die opdracht komt dat weten we niet maar deze leraar heeft erg veel aandacht voor de opvolging van dochterlief tijdens zijn lessen. Ik denk dat hoeveel theorie je ook leest over iets, pas als je het zelf ervaart dan besef je echt wat voor invloed iets heeft op iemand.

Voor eerst sinds het eerste middelbaar kijkt het hele gezin met een gerust hart naar het naderende rapport. We hebben vaak getwijfeld de vorige 2 jaren of het wel nodig was zo hard knokken om in de eerste graad ASO te volgen, maar ze plukt er nu de vruchten van. Door die achtergrond kan ze nu makkelijk mee en is leren geen frustratie meer. En alhoewel ik ze vreselijk mis tijdens de weekdagen, ben ik heel blij voor haar dat ze haar "high school dream" aan het beleven is. Godzijdank voor de lange autoritjes op vrijdag om bij te praten !!


donderdag 18 juni 2015

Dyspraxie & parate kennis

Nu de examens zijn begonnen is de rust eindelijk weer teruggekeerd en kan ik hier eens wat bijschrijven.
Rust tijdens examens ? Ja wij hadden dit ook nooit kunnen vermoeden toen dochterlief aan haar middelbare schoolleven begon maar blijkbaar zijn de 2 weken voor de examens erger dan de examenperiode zelf. 

Nu weten we namelijk precies wat de bedoeling is : welke vakken tijdens welke ochtend getoetst worden en welke leerstof daarbij hoort. Meer moet je niet weten om een degelijke studieplanning op te stellen. Maar de periode er net voor….. lieve hemel. De agenda van dochterlief stond bol van de overhoringen, herhalingen en taken. De lessen werden gegeven door leerkrachten die plots beseften dat ze nog erg veel leerstof over hadden en erg weinig lesmomenten om dat in te proppen, dus het moest allemaal sneller en met minder basisuitleg (zeer kwalijke zaak voor een dcd-er). Tussendoor kwamen dan ongetwijfeld goed bedoelde adviezen als „herhaal iedere dag alvast een hoofdstuk woordjes”. Wanneer beste mevrouw meneer als er al ongeveer 3u per avond aan studie besteed moet worden en u ondertussen ook wel weet dat een hoofdstukje woordjes leren een extra studie-uur in beslag neemt hier ? 
 
Maar waar mijn haren past echt van overeind kwamen…… de uitvinding van de „PK”.  

PK staat voor Parate Kennis, een onverwachte overhoring over kennis die je paraat hebt. Twee dcd-valkuilen waar school geen rekening mee houdt : „onverwacht” en „paraat”. 
Onverwacht werkt niet bij dochterlief, onverwacht zorgt voor onzekerheid en twijfel want alle energie gaat naar de informatie van de actuele lessen. Dus onverwachts even iets toetsen van lessen die een hele tijd geleden werden gegeven….big no no.
Paraat werkt ook niet bij een dcd-er….want kennis die je paraat hebt is kennis die je automatisch nog weet. Maar onze kinderen hebben een automatiseringsprobleem…dus driemaal raden hoeveel kennis er automatisch aanwezig is ? 

Met lede ogen zagen we aan hoe er maar liefst 4 PK’s werden gehouden bij wiskunde. Dat dit vak dus straks eindigt met een onvoldoende is nu wel zeker. Erg frustrerend om je kind te zien worstelen met getallenkennis, samen oefeningen te maken, bijles te betalen en hop dan toetsen we even wat meetkunde tussendoor en daar duiken de punten weer de dieperik in. Wat een belachelijk systeem.  

Ik begrijp natuurlijk heus wel de achtergrond : even kijken wat er is blijven hangen.  
Maar wat hoort dan de sticordi-regel te zijn bij een leerstoornis waarvan bekend is dat het enorm lang duurt vooraleer iets blijft hangen ? 
Hoe kan je je kind leren op zijn inzichten en algemene kennis te vertrouwen tijdens de examen als de leerkracht net 4 overhoringen heeft gebruikt om het omgekeerde aan te tonen ? 
En beseft school eigenlijk de impact van een Parate Kennis Overhoring bij een dcd-er ?

Alvast een denkpuntje om mee te nemen naar het nieuwe zorgoverleg in september. 

maandag 27 april 2015

Dyspraxie & een nieuwe school III

De eerste horde naar een nieuw begin is afgelopen weekend genomen : een voorinschrijving in de nieuwe school en meteen ook in het internaat. Op beide plaatsen onze eerste kennismaking met een nieuw zorgbeleid. De kans dat we iets soortgelijks zouden treffen als op de huidige school was erg klein, want nu zijn ze wel heel erg gericht op het individueel welzijn van de leerling. En laten we eerlijk zijn, de meeste scholen hebben toch eerder een “go with the flow”-mentaliteit.
Op de nieuwe school troffen we een erg enthousiaste dame bij de inschrijving. Ondanks de drukte nam ze de tijd voor onze vragen en ging ze ook regelmatig met dochterlief in gesprek. Altijd fijn voor een kind als niet alles boven je hoofd wordt beslist. Het klonk ons vlot in de oren : aandacht voor leerlingwelbehagen, regelmatig overleg met CLB en leerlingbegeleiders ivm handelingsplannen, compenserende maatregelen worden in de agenda geplakt zodat de leerling ze kan tonen aan de vakleerkracht.

Mmmm….dat was de eerste ‘note to self”, iets waar we wat dieper op zullen ingaan bij de effectieve inschrijving in juli. Het lijkt mij niet de taak van de leerling om al de leerkrachten bij te praten…toch. Wat dan met minder mondige of verlegen kinderen ? Een lijstje in de agenda lijkt me goed voor de leerling als geheugensteuntje om te weten waar er recht op is bij bepaalde vakken. Maar ik mag hopen dat de school/CLB/leerlingbegeleiding zorgt dat de vakleerkrachten weten waar de klepel hangt. Wordt vervolgd in juli dus. De tweede “note to self” waar we wat dieper op zullen ingaan bij het volgende gesprek besefte ik pas achteraf toen ik op een rijtje zette wat er allemaal gezegd was. Eigenlijk hoorde ik vaak het woordje “overleg” maar steeds binnen de school. Zeker bij een minder bekende leerstoornis als DCD is regelmatig overleg met ouders en kind niet overbodig. Immers wie kan er goed inschatten welke problemen zich bij welke vakken gaan voordoen denk je ? Wij en onze dochter die al jaren samen hier mee worstelen of een afgevaardigde van school die misschien ooit eens vaag iets heeft horen waaien over DCD ?

Dit werd duidelijk toen we bij de inschrijving bij het vakje leerstoornis aankwamen. “dus dat is dan dyslexie” zegt de enthousiaste dame. Nee, zij heeft dyspraxie ook wel gekend als DCD. Het bleef even stil aan de overkant van de tafel. Gevolgd door een “oh dat staat niet tussen het lijstje van mogelijkheden”.  En of dochterlief dan even kon uitleggen wat het eigenlijk was. Geen probleem voor die van ons, al vergeet ze meestal het belangrijkste punt (automatiseringsstoornis) en geeft ze meteen een hele reeks voorbeelden. Inschrijf-dame was evenwel erg onder de indruk dat dochterlief zich zo bewust was van haar problematiek en maakte een aparte notitie van deze “niet standaard” leerstoornis.
(voor ons weer een alarmbel, de vorige keer dat het fout liep met opvolging was ook omdat men het tussen wal en schip had laten vallen wegens onbekend)

De grootste alarmbel ging rinkelen toen ik vroeg op welk moment we dan alles gaan doorspreken over de huidige sticordi-afspraken. Er werd een collega bijgehaald die er erg luchtig over deed. Hij vroeg niet eens over welke leerstoornis het ging. Overleg tussen school en CLB is ergens op een maandag in september en dan zal daarna wel alles beginnen te lopen.  Daar waren wij het niet mee eens, want dat spelletje kennen we. Overleg zal heus niet de eerste maandag van september zijn dus met wat pech is dat pas op het einde van de eerste schoolmaand, dan komen ze tot de conclusie dat ze erg weinig weten over DCD en er eens achteraan gegaan moet worden en met wat geluk hebben we tegen kerst een handelingsplan dat vanaf januari gevolgd zal worden.  Dan zijn we wel al een half schooljaar verder he. Pech voor de nieuwe school dat we zowel ervaring hebben met vlotte en minder vlotte (en dan zeg ik het netjes) opvolging van zorgleerlingen. Uit het gemompel begreep ik dat men niet zit te wachten op extra rond de tafel zitten. Dus ik stelde voor dat we bij de definitieve inschrijving in juli eerst zullen bellen zodat ze een datum kunnen geven wanneer de zorgcoordinator er ook bij kan zijn. Uitstekende idee mevrouw !  Het gaf mij toch een gemengd gevoel, fijn dat ze dit willen doen maar wel jammer dat het initiatief al meteen van onze kant moet komen en niet van school.

Dus samengevat : ik heb mijn stekels rechtstaan voor de afspraak van de definitieve inschrijving (zij die mij persoonlijk kennen, weten wat dat wil zeggen !). Misschien valt het allemaal wel mee en zie ik teveel beren op de weg die er straks niet blijken te zijn. Maar ik ben bang dat we gewoon gruwelijk verwend zijn geweest op de huidige school en het dus ook voor ons aanpassen zal zijn op verwachtingsvlak. Waarom dan niet naar een andere school denkt u ? Dochterlief heeft nu eenmaal een studiekeuze gemaakt waarvoor de scholen erg dungezaaid zijn. Dus we zullen het met elkaar moeten doen de komende 4 jaar. Het is al vaker een discussie geweest op allerlei fora : kies je voor een school met een uitmuntend zorgbeleid maar waar je kind niet kan studeren wat het wil of laat je je kind studeren wat het wil en roei je met de riemen die je daar krijgt qua zorgbeleid ?

Onze meid is nu 2 jaar hard aan het knokken in de eerste graad ASO om een goede theoretische basis te hebben. In september is het echt wel tijd om te stoppen met op de tenen lopen en gewoon te gaan doen waar haar hart naar uitgaat. Dat heeft ze dan dubbel en dik verdiend. Het zorgbeleid…..laat dat maar aan mama en haar stekels over !

woensdag 18 maart 2015

Dyspraxie in de slaapkamer

Voor een puber is de slaapkamer een heilige plek. De enige kamer in het huis die van jezelf is. Daar kan je je ontspannen na een vermoeide schooldag, daar kan je wegvluchten van zeurende ouders, daar kan je dingen facebooken, snapchatten, instagrammen en pinteresten die je liever niet in de woonkamer op de gemeenschappelijke computer doet, daar kan je de deur (al dan niet luidruchtig) dichtgooien om duidelijk te maken dat men je even met rust moet laten. Kortom een geliefd toevluchtsoord voor onze opgroeiende kinderen.
De gemiddelde tienerkamer ziet er vaak uit alsof er net een luchtaanval heeft plaatsgevonden en rare items als stofzuiger en stofdoek zal je daar nooit spontaan tegenkomen. De tienerkamer bij ons in huis is wat dat betreft geen uitzondering. DCD in het dagelijkse leven uit zich ondermeer in slecht kunnen plannen en moeilijk kunnen organiseren. Opruimen en ordelijkheid is dus een probleem. Het is voor ons als ouders altijd een beetje gokken of het slagveld in de kamer van dochterlief een gevolg is van haar DCD of een tijdelijke opstoot van het puber-gen waardoor het gewoon genetisch onmogelijk is om kleding van de grond te rapen.

Soms heeft dochterlief het licht gezien en tref je een opgemaakt bed en een opgeruimd bureau aan (vaak is dat ‘toevallig’ als een vriendin langskomt, niet dat ik daarmee iets wil beweren). Dat geeft je dan het idee dat het toch wel kan, dat opruimen en orde houden. Maar dan maak je de fout door een kast open te trekken. Zoals met zovele dingen in het leven geeft ook hier uiterlijke schoonheid niet altijd garantie op een mooie binnenkant. Ik zie een Mount Everest aan vuile/schone kleding. Ik zie geen schoenen maar ruik wel dat ze daar ergens bij liggen. Ik zie een zwemzak met halfnatte handdoeken en probeer te herinneren wanneer in hemelsnaam de laatste zwemles was. En tussen de wanhoop door moet ik glimlachen : we hebben een echte puber in huis. 

De wederhelft glimlacht hier minder om, die is meer van de ik-sleur-je-van-bij-de-tv-vandaan-en-je-gaat-nu-meteen-opruimen-aanpak.  Hij heeft daar hele goede steekhoudende theorieën over. Tot ik vraag of we even mijn schoonmoeder kunnen bellen om te checken hoe zijn opruimkwaliteiten als tiener waren.  Ik begrijp hem wel, vuile kleding in je kast stapelen is not done. Maar ik begrijp dochterlief ook….orde is een moeilijk concept en opruimen staat heel erg achteraan op haar prioriteitenlijstje. Ze is ook erg creatief in haar excuses. Dan krijg je antwoorden als : jaaaahaaaa dat weet ik….maar ik ben wel al heel lang aan mijn wiskunde huiswerk bezig en dat is toch ook belangrijk.  Geniepig antwoord, want ja natuurlijk is die wiskundetoets veel belangrijker dan je kast opruimen. Dus daar sta ik dan zonder tegenargument. De wederhelft mompelt dan dat ze gerust beiden kan doen, gewoon een kwestie van doorwerken. 

Ook weer moeilijk met dcd :  ‘doorwerken’ en je niet laten afleiden. Als ik zie hoe lang bepaalde huistaken duren denk ik dat alles een afleiding is. Niet enkel de vogel die door de tuin vliegt of een smsje dat binnenkomt, maar ook de gele stift die vandaag tijdens de les was gevallen en onder de stoel van een klasgenootje was gerold, dat klasgenootje dat een mooie trui aanhad, de trui die rood was, toevallig van datzelfde felle rood als haar halster voor bij het paardrijden, het paardrijden dat over 3 of nee 2 of toch drie dagen weer zal zijn, en op welk paard zou ze dan mogen rijden want dat paard van vorige week was niet zo leuk als dat van 2 lessen ervoor…oh wat was ik ook alweer aan het doen ? Ah ja wiskunde…..

Dus ik ben al blij als het huiswerk tijdig klaar is, als de juiste boeken in haar boekentas zitten, als ze op het juiste moment turn- of zwemspullen meeneemt…..die slaapkamer komt dan wel een keer tijdens de vakantie.  Laat haar toevluchtsoord maar lekker haar eigen rommelig toevluchtsoord zijn. Af en toe zet ik de wasmand eens voor de deur en kan alles weer bijgewerkt worden. Misschien maar best dat we tijdens het inschrijven bij het internaat toch goed benadrukken dat een tiener met dcd nog rommeliger is dan een doorsnee tiener. 

Zou het “recht op meer rommel” passen in een handelingsplan denkt u ?

zaterdag 24 januari 2015

Dyspraxie & een nieuwe school II

Zo , stap 1 in het “zoek een nieuwe school”-proces is genomen. We hebben tijdens het oudercontact gesproken met de leerkrachten van de grootste probleemvakken (wiskunde & nederlands). De vakleerkracht frans hadden we al uitgebreid gesproken tijdens de rapportafhaling eind december. Het was bemoedigend om te horen dat ze stuk voor stuk verbaasd waren over onze aanvraag tot een gesprek “want alles gaat toch prima”. Dochterlief staat gekend als een harde werker, een aangenaam en beleefd kind, iemand die in orde is met haar taken en ja ze moet knokken maar dat maakt haar cijfers eens zo waardevol. Als je de ene hoort zeggen “ik zou wel een hele klas vol kinderen als uw dochter willen” en de andere “ik ben zo trots op wat uw dochter bereikt”….tja dan kan je als ouder alleen maar dankbaar zijn voor zo een goede school waar men individuele zorgplannen maakt ondanks het grote leerlingenaantal. (en natuurlijk lopen we over van trots voor onze dochter maar dat spreekt voor zich he)

Het laat opnieuw zien dat begrip vanuit school zo belangrijk is en vaak het verschil maakt tussen meekunnen of verzuipen voor een kind.

We vertelden de leerkrachten dat we er dan ook niet zaten om de huidige prestaties te bespreken, maar benieuwd waren naar hun professionele mening over de keuze volgend jaar (TSO of BSO, internaat, grote school in grote stad,….) en wat zij als aandachtspunten kunnen meegeven voor hun vak. Ik geloof dat dit soort vragen niet zo vaak gesteld worden want we kregen aangenaam verbaasde gezichten te zien. Het is me al vaker opgevallen dat leerkrachten een oudergesprek meestal beginnen vanuit een verdedigende rol. Wellicht kiezen veel ouders voor een aanvallende aanpak daar waar wij grote voorstanders zijn van samenwerking. Ik ben de eerste om op school te staan als ik vind dat mijn kind onrecht is aangedaan, maar ik ben ook niet te beroerd om een persoonlijke pluim uit te delen.

Maar wat zijn we nu wijzer geworden ? Iedereen raadt TSO aan…..ik begrijp het wel, dochterlief ook….maar het is wel een moeilijke keuze. Ze heeft zo hard gewerkt deze eerste graad om een goede basis te leggen en kijkt er echt naar uit om in de praktijk aan de slag te kunnen. Om eindelijk te mogen “doen” in plaats van “zien doen”. En dan is 18u praktijkles in de BSO veel aantrekkelijker dan een extra uur Frans, meer wiskunde, toegepaste chemie, toegepaste economie en meer van dat soort vakken die in haar beleving mijlenver staan van een chocolade creatie neerzetten. Natuurlijk komt er ook in TSO praktijkles aan bod, maar veel minder uren. Het is ons nog niet duidelijk wat het verschil is op het einde van de rit. Ik neem aan dat vanuit het TSO diploma je meteen genoeg bagage in huis hebt om bijvoorbeeld je eigen bedrijf te starten, maar zoiets is met een avondcursus later ook wel in te halen. Hopelijk kan de nieuwe school hier duidelijkheid in scheppen (waar blijven die opendeurdagen als je ze nodig hebt ?!)

woensdag 14 januari 2015

Dyspraxie & een nieuwe school

2015 wordt voor ons een spannend jaar want in september moet dochterlief naar een nieuwe school. Dit heeft helemaal niets te maken met haar huidige school; in tegendeel, ik zou niets liever willen dan dat ze hier kan verder studeren maar helaas is dit een middenschool en kan je er dus enkel de eerste graad volgen. Korte schets voor onze noorderburen : ons middelbaar onderwijs bestaat uit 6 jaren, onderverdeeld in 3 graden. Sommige scholen bieden alle graden aan, sommige scholen zijn specifiek toegespitst op de 1ste graad (12-14 jarigen) of op de rest (14-18 jarigen).

Een nieuwe school wil zeggen "terug naar af" wat het zorgbeleid aan gaat. Er is altijd een kleine kans dat we bij een school terechtkomen die net een heel dyspraxie traject hebben gedaan maar ik vrees ervoor. Dochterlief maakt het geheel nog wat complexer door al jaren vast te houden aan een studierichting waarvoor je naar de hotelschool moet. Dat maakt de poel van kandidaat-scholen wel heel erg klein. Eigenlijk is er maar 1 kandidaat-school. En daar hou ik niet van, ik hou graag opties open en draag het  kijk en vergelijk-principe hoog in het vaandel. (dit laatste heb ik door scha en schande geleerd toen we een keer rond 16u30 beslisten dat we beter een nieuwe auto konden kopen. We gingen naar 1 garage, bekeken 1 auto en kochten in de 20min voor sluitingstijd onze slechtste aankoop ooit aan een veel te dure prijs.....vandaar : kijk en vergelijk !)
Behalve weinig kandidaat-scholen gaan we ook geconfronteerd worden met een nieuw element : het internaat. Ook hier zou ik niets liever willen dan dat dochterlief thuis zou blijven, maar dat zou dan een zeer egoïstische beslissing zijn. Geen internaat zou betekenen : om 7u met de juiste boekentasinhoud op het busstation staan en na anderhalf uur als een sardientje geperst in een blikje te bus-hobbelen helemaal murw op school te arriveren. (tenminste als de overstap van bus 1 naar bus 2 foutloos is verlopen) En dan moet de dag nog beginnen. Rond 16u moet deze hele helletocht dan weer herhaald worden in de andere richting. We (ook dochterlief zelf) vermoeden sterk dat de goesting om dan aan je huiswerk te beginnen zo goed als onbestaand zal zijn.
We zijn 2 jaar geleden al eens bij het internaat gaan kijken en dochterlief was enthousiast over wat ze zag. Mooi kamertje voor zichzelf, gezellige tv ruimte op de gang, uitgebreide ontspanningsruimte beneden, degelijke studiebegeleiding (ja, ook zij kijkt hierna !), voldoende keuze bij het avondeten en vooral 's morgens zou ze pas rond 7u30 beneden verwacht worden aan het ontbijtbuffet waarna ze de deur kan uitstappen en meteen op de speelplaats staat. Vooral dat laatste scoort zoveel hoger dan om 7u al op het busstation te moeten staan....

Nu las ik laatst in de dyspraxie-gespreksgroep een interessante zin van een mama over je schoolkeuze laten bepalen door het zorgbeleid of het studie-aanbod. Ik neig meteen naar het eerste. We hebben ervaring met een belabberd zorgbeleid en zagen dochterlief zuchten, spartelen en opgeven. We hebben ook ervaring met een geweldig goed uitgewerkt zorgbeleid en zagen dochterlief openbloeien, zelfzeker worden en blijven doorzetten. Maar.......we hebben het nu niet meer gewoon over "school". We hebben het over een studiekeuze, over wat zij denkt dat ze later wil gaan doen met haar leven. Dat is net wat anders dan het kleuter- of basisschoolonderwijs, waar je vooral wil dat ze een degelijke basis krijgt zowel intellectueel als emotioneel. Kan ik als ouder de studiekeuze van mijn kind naast me neerleggen en ze naar een andere school sturen ? Ik vrees dat dit geen succes zal zijn want haar motivatie ligt bij de horeca-opleiding. Ook al zie ik enorm veel beren op de weg bij een dcd-er in de bedrijfskeuken. Ik kan maar hopen dat er over een jaar of 2 een leuke stageplaats volgt waar men het niet erg vindt dat de melk voor de 10de keer wordt omgestoten ;-)
En toch, het zit me niet lekker. Een goed zorgbeleid maakt een wereld van verschil uit voor een kind. Het is maar de vraag of haar motivatie voor deze studierichting zo hoog is om een eventueel gebrek aan zorg te compenseren. Onze zoektocht en uiteindelijke beslissing zal de komende maanden hier te volgen zijn.

We beginnen met stap 1 : volgende week hebben we een oudercontact op haar huidige school. We hebben gekozen voor gesprekken met de leerkrachten van de vakken waar zij het meeste last ervaart van haar dcd. Eens kijken hoe die mensen ons kind zien in haar verdere schoolleven en welke aandachtspunten we moeten meenemen naar de eerste gesprekken op de nieuwe school. Ruim 10 jaar geleden heb ik onze dochter voor het eerst uitgezwaaid op schooluitstap. De kleuterklas ging naar het bos. Zo een moeilijk moment van loslaten als je dat ukkie zo een enorm grote bus ziet opklimmen. Ik dacht toen : het ergste heb ik nu gehad, vanaf nu gaat dat loslaten steeds makkelijker. Boy, was I wrong.






woensdag 7 januari 2015

Bordspel tijdens de kerstvakantie (deel IV)

Deel 4 en meteen ook het laatste deel want de kerstvakantie ligt inmiddels ver achter ons. (momenteel lijkt het buiten zelfs wat lente-achtig, maar ik doe net of ik dat niet merk want anders is de teleurstelling straks eens zo groot als er toch nog een winter komt binnensluipen) Oudejaarsavond is traditiegetrouw een spellenavond bij ons en dat was dit jaar niet anders. We verbleven in een prachtig hotel en hadden net onze buikjes volgegeten bij het oudejaarsdiner dus tijd om aan tafel te gaan voor een spellenmarathon. Een mens moet wat tot het middernacht is.

We (zijnde dochterlief en ik) begonnen heel klassiek met een potje Backgammon. Immers speler nummer 3 stond nog onder de douche. Ik heb nipt gewonnen en daar baalde dochterlief behoorlijk van. Ze speelt immers vrij goed, let goed op om zo weinig mogelijk enkele stenen te hebben staan en heeft me zelfs een keer of 5 kunnen slaan. U mag het haar niet verklappen maar stiekem moet ik bekennen dat ik dit aangeleerd heb als een manier om onopvallend het hoofdrekenen te blijven oefenen. Gemeen ? Nee hoor, dit is veel leuker dan met rekenblaadjes aan tafel zitten !


Volgende spel werd opnieuw een 2 persoons potje, dit keer Istanbul. Dochterlief moest namelijk eerst haar wonden gaan likken over het geleden verlies. En voor een puber werkt dat het best met een ipad en hoofdtelefoon....dus de wederhelft en ik waren aan ons lot overgelaten. Het is al een paar keer hier voorbij gekomen; we zijn nogal fan van Istanbul. Ik werd genadeloos ingemaakt (zelfs zonder die befaamde dobbelsteenkaart die de wederhelft altijd meteen koopt).



Tijd voor wraak....en wat is dan beter dan een echt pest-spelletje ? We hadden Alles im eimer mee. Zo jammer dat hier geen Nederlandstalige versie van is. Nu maakt het eigenlijk niet uit want het spel is wat men noemt "taalonafhankelijk", dus zodra je de regels kent ben je vertrokken. Maar een Duits spel kopen schrikt toch af en hierdoor blijft het vrij onbekend. De regels zijn heel simpel. Je hebt verschillende kaarten (iedere kleur is een ander dier) en je moet altijd volgen wat er eerst gespeeld is. Voorbeeld : speler 1 speelt een blauwe 3 dan moet je een hogere blauwe kaart spelen (of ook een 3 waardoor de beurt weer terug naar de speler 1 gaat). Om het wat leuker te maken moet je aan het begin een piramide bouwen van emmertjes in de kleuren van het spel. Iedere keer als je verliest moet je een emmer van de zonet gespeelde kleur wegnemen. Ja u begrijpt het al, als dat een emmer onderaan uw piramide blijkt te zijn dan kan het wel eens snel afgelopen zijn met u. Het pest-element is dus iemands piramide onderuit halen. Leuke twist is dat je na het afleggen van je kaart er meteen eentje bij moet nemen van de trekstapel. Vergeet je dat dan zal het ook snel eindigen voor je. Vooral beginnende spelers hebben nogal eens moeite met die regel. Het eerste rondje ben ik altijd vriendelijk en zal ik je steeds de kaart geven, maar daarna is het ieder voor zich. Voor ons een "gouwe ouwe" op allerhande familiefeestjes want je hebt gegarandeerd een hoop lol.



Inmiddels is de avond (en bijhorende drank) al een tijdje aan de gang, dus zwaar tactische spellen zijn  geen goed idee meer. We zoeken onze toevlucht in een ander luchtig spel : can't stop. Of het nu gaat over drank, chocolade, frietjes of in dit geval dobbelstenen.....eenmaal als je lekker bezig bent is het heel moeilijk om te stoppen. Dit spel verlies je voornamelijk door te hebberig te zijn of teveel te vertrouwen op je geluk. Ontspannende afsluiter van een spelavond vinden wij dit.



Nieuwjaarsdag moet er ook gespeeld worden natuurlijk. Deze keer hadden we een gastspeler aan tafel : oma. Het was ook haar tafel trouwens dus ze had alle recht om mee te spelen. Oma leert graag nieuwe spellen en zodoende kwam Cartegena op tafel. Dit is natuurlijk niet nieuw (ik geloof zelfs dat er inmiddels een vernieuwde versie is uitgebracht) maar voor ons gezelschap was het de eerste keer. Je hebt een handvol piraten in dit spel die je naar hun sloep moet brengen. Zij volgen hiervoor een pad vol piratenelementen (denk dolk, doodshoofd, sleutel,...). Die elementen heb je ook op je kaarten staan. Het principe lijkt simpel : leg je een dolk neer dan mag je een van je piraten naar de eerstvolgende vrije dolk verplaatsen. Een typische beginnersfout is dan ook om meteen naar die sloep te racen. Maar in dit spel moet je geduld hebben en het principe " de eersten zullen de laatsten zijn" in gedachten houden. Je hebt namelijk maar 8 kaartjes en de enige manier om nieuwe kaartjes te krijgen, is je piraat terug achteruit te zetten. Komt hij hierdoor bij 1 andere pion dan krijg je 1 nieuwe kaart, bij 2 andere pionnen krijg je 2 kaarten en bij meer dan 2 anderen mag hij niet gaan staan. Two steps forward and one step back is hier de clue. Het lijkt allemaal simpel maar het is een gemeen spelletje. Voor ons een topper van onze favoriete spelontwerper : Colovini.



We hebben oma ook maar meteen op de kamelen van CamelUp gezet. Hier won de wederhelft die vrij snel in de race zowel bij de winnaar als bij de verliezer de juiste gok had gemaakt en hierdoor maar eventjes 16 punten binnenhaalde. Oma was slachtoffer van een typisch kenmerk bij beginnende Camel-spelers.....de onbeheersbare drang om steeds met die piramide te willen dobbelen. Al de rest lijkt bijzaak, maar juist door al de rest haal je de punten binnen. Hadden ze die piramide toch maar wat minder leuk moeten maken....



En voor je het weet zitten we op de allerlaatste dag van de kerstvakantie. Tijd voor een familiebezoekje en ook daar kwam een spel op tafel. Voor ons iets nieuws : Beverbende. Tja, wat kan ik er over zeggen. We hebben het 2x gespeeld en ik heb 2x gewonnen. Maar verder....goh...je hebt 4 kaarten voor je liggen waarvan je er maar 2 mag zien. Vervolgens blijf je om de beurten kaarten nemen en ruil je dus gedekt je kaarten die je al dan niet kent en als je vermoedt een erg lage score te hebben dan klop je af. Heb je inderdaad de laagste score dan win je. Voor mij niet zo een geslaagd partyspel als bijvoorbeeld de emmertjes van hierboven of de grappige kamelen dus hij zal niet snel in onze collectie belanden. In ieder geval hebben we flink wat spellen uit de kast gehaald om 2014 af te sluiten !